“Giftedness is asynchronous development in which advanced cognitive abilities and heightened intensity combine to create inner experiences and awareness that are qualitatively different from the norm. This asynchrony increases with higher intellectual capacity. The uniqueness of the gifted renders them particularly vulnerable and requires modifications in parenting, teaching and counseling in order for them to develop optimally.“
The Columbus Group
Inleiding
De ontwikkeling van UHB kinderen verloopt niet standaard, maar gaat vaak gepaard met grote sprongen op cognitief, emotioneel, fysiek en/of sociaal vlak. Deze ontwikkeling wordt in de professionele literatuur “asynchrone ontwikkeling” genoemd.
Asynchrone ontwikkeling is één van de allerbelangrijkste kenmerken van hoogbegaafde kinderen. Voor uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen telt dit nog eens te meer.
Een kind met een asynchrone ontwikkeling heeft feitelijk niet één mentale/intellectuele leeftijd, maar bevindt zich in verschillende leeftijdsfasen. Een 9-jarig kind dat zich intellectueel gedraagt als een veertienjarige, wil ook aangesproken worden als veertienjarige. Hij houdt zich bezig met ‘wereldproblemen’ als een veertienjarige en maakt zich ook zaken eigen op dat niveau. Tegelijkertijd kan dit kind echter de emotionele en morele ontwikkeling hebben van een kind van een jaar of zes en de sociale skills van bijvoorbeeld een 11-jarige.
Voor ouders, maar ook voor leerkrachten of andere begeleiders van dit kind, is dit vaak een bron van verwarring. Het ene moment heb je te maken met een kind dat zijn leeftijd ver vooruit is, het andere moment met een kind dat gewoon op leeftijd is en soms zelfs een beetje ‘achter’ op leeftijdsgenootjes.
Niet alleen voor de omgeving kan dit problemen geven, ook het kind zelf kan dit als ontzettend verwarrend ervaren.
Inhoud
- Wat is asynchroniteit?
- Hoe ziet asynchroniteit eruit bij UHB kinderen?
- Is asynchroniteit ‘normaal’?
- Asynchroniteit en versnellen
- Tips voor ouders van asynchrone kinderen
- Tips voor leerkrachten en begeleiders van asynchrone kinderen
Wat is asynchroniteit?
Om te begrijpen wat asynchroniteit is, verdiepen we ons eerst in 2 achterliggende theorieën over intelligentie:
De Columbus Group
In de late jaren 1980 ging het eeuwige argument over wat hoogbegaafdheid nu eigenlijk is (gaat het om een aangeboren eigenschap van het individu, of over het vermogen en de bereidheid om hard te werken om iets te bereiken ?) meer en meer de richting uit van “succes en prestatie”.
Een kleine groep individuen in de Verenigde Staten en omstreken (waaronder ouders, opvoeders en psychologen) die werkten met en ervaring op hadden gedaan bij zeer tot extreem begaafde kinderen, twijfelde aan de toen heersende opvatting. Zij ontmoetten elkaar in Columbus (Ohio, VS.) en herdefinieerden hoogbegaafdheid in termen van de innerlijke ervaring van het individu.
Stephanie Tolan, een lid van deze groep, herinnert zich nog: “… wij waren het erover eens dat in bijna alle opzichten deze kinderen niet synchroon ontwikkelden met de verwachtingen, normen en gemiddelden.”
De deelnemers aan deze ‘Columbus Group’ gingen er van uit dat extreme hoogbegaafdheid zich al in de vroege kindertijd manifesteert en veel ongebruikelijke eigenschappen met zich meebrengt die schijnbaar geen verband houden met academische prestaties. Het resultaat van hun bijeenkomst was een nieuwe definitie van hoogbegaafdheid als asynchrone ontwikkeling:
“Giftedness is asynchronous development in which advanced cognitive abilities and heightened intensity combine to create inner experiences and awareness that are qualitatively different from the norm. This asynchrony increases with higher intellectual capacity. The uniqueness of the gifted renders them particularly vulnerable and requires modifications in parenting, teaching and counseling in order for them to develop optimally.” (The Columbus Group, 1991)
Vertaling:
“Hoogbegaafdheid is een asynchrone ontwikkeling waarbij geavanceerde cognitieve vaardigheden en verhoogde intensiteit gecombineerd zijn waardoor innerlijke ervaringen en bewustzijn gecreëerd wordt dat kwalitatief verschillend van de norm is. Deze asynchroniteit neemt toe met een hogere intellectuele capaciteit. Het unieke van de hoogbegaafde maakt ze bijzonder kwetsbaar en vereist aanpassingen in opvoeding, onderwijs en begeleiding zodat ze optimaal kunnen ontwikkelen.”
Asynchroniteit werd dus de term die wordt gebruikt om de discrepantie tussen cognitieve, emotionele en fysieke ontwikkeling van hoogbegaafde individuen te beschrijven. Hoogbegaafde kinderen vertonen vaak aanzienlijke verschillen binnen zichzelf en ontwikkelen zich ongelijk over de verschillende vaardigheidsniveaus.
Meervoudige intelligentie
Meervoudige intelligentie is een theorie van psycholoog Howard Gardner die het bestaan van negen soorten intelligentie aannemelijk maakt.
Volgens zijn theorie schieten intelligentietesten tekort. Wanneer een persoon niet hoog scoort op een intelligentietest, wil dat volgens Gardner dan ook niet zeggen dat deze persoon niet begaafd is. Intelligentietesten meten volgens hem slechts enkele dimensies van begaafdheid, namelijk de verbale vaardigheid (verbaal-linguïstische intelligentie), rekenvaardigheid (logisch-mathematische intelligentie) en ruimtelijk inzicht (visueel-ruimtelijke intelligentie).
De theorie die Gardner bedacht heeft, stelt dat er ook andere gebieden zijn waarop iemand begaafd kan zijn. In totaal maakt hij hierbij onderscheid in 9 gebieden:
- Muzikaal
- Existentieel
- Intrapersoonlijk
- Interpersoonlijk
- Kinesthetisch
- Visueel-ruimtelijk
- Naturalistisch
- Linguïstisch
- Logisch
Volgens Gardner zijn verschillende delen van het brein verantwoordelijk voor de verschillende intelligenties. Dus elk van de negen vormen van intelligentie wordt door een ander deel van het brein aangestuurd. Welke intelligenties je meer of minder bezit, wordt volgens hem voornamelijk genetisch bepaald. Je wordt geboren met een bepaalde aanleg. Bij aanleg is het altijd zo dat deze wel of niet tot uiting kan komen, afhankelijk van de omgeving en omstandigheden waarin iemand opgroeit.
Gardner beweert hierbij dat de wiskundige intelligentie, de muzikale intelligentie en de ruimtelijke intelligentie sterker erfelijk bepaald zijn dan verbale intelligentie en naturalistische intelligentie. Volgens Gardner zijn er daadwerkelijk relaties tussen wat hij beweert in zijn theorie en bewijzen vanuit de neurowetenschappen.
Deze verschillende intelligenties geven weer op welke wijze je kind het makkelijkste leert, indien het zich goed voelt, goed begeleid wordt en de juiste materialen aangereikt krijgt.
Bij hoogbegaafde kinderen kan het niveau tussen deze verschillende intelligenties extreem verschillen. Doordat ze uitblinken op 1 intelligentie, lijken de andere intelligenties soms heel zwak.
Meerdere leeftijden tegelijk
Een (uitzonderlijk) begaafd kind kan dus bijvoorbeeld uitstekend zijn in wiskunde, maar slecht in lezen – of andersom. Vaak zijn z’n intellectuele vaardigheden behoorlijk geavanceerd, maar blijven de fijne motorische of sociale vaardigheden dan weer achter.
Deskundigen onderling zijn het er niet allemaal mee eens, maar omdat asynchroniteit zo prominent aanwezig is bij hoogbegaafde kinderen, wordt aangenomen dat asynchrone ontwikkeling in plaats van potentieel of bekwaamheid hét kenmerk is van hoogbegaafdheid.
Terwijl de meeste kinderen zich relatief uniform ontwikkelen, zijn hoogbegaafde leerlingen vrijwel altijd asynchroon in hun ontwikkeling.
Hoe meer begaafd het kind is, hoe meer asynchroon het kan zijn.
Dit wil dus zeggen dat ‘profoundly gifted’ kinderen meestal nog véél meer asynchroon ontwikkelen dan ‘highly gifted’ kinderen.
Uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen kunnen verschillend ontwikkelen qua fysieke, intellectuele, sociale en emotionele capaciteiten. Een uitzonderlijk hoogbegaafd kind kan al vrij jong de intelligentie van een volwassene hebben terwijl het op sociaal en/of emotionele vlak nog de ontwikkeling heeft van een kind. Er wordt vaak gezegd dat UHB kinderen “vele leeftijden tegelijk” zijn, ze lopen letterlijk niet synchroon.
Asynchroniteit is bij UHB kinderen hun persoonlijke vingerafdruk, die tot gevolg heeft dat elk kind anders benaderd moet worden wanneer er over differentiatie gesproken wordt. Er is geen standaardoplossing voor deze kinderen en er moet telkens bekeken en herbekeken worden wat elk kind nodig heeft. Het is telkens weer zoeken welke activiteiten je kan doen met je kind.
Verschil in ontwikkeling tussen verschillende gebieden
Asynchrone ontwikkeling wil dus eigenlijk zeggen dat er een groot verschil is in ontwikkeling tussen verschillende gebieden bij het kind. Dit kan op verschillende manieren:
- Er is een groot verschil tussen de cognitieve en emotionele ontwikkeling.
Een zevenjarige UHB kind kan bijvoorbeeld op cognitief gebied functioneren op het niveau van een twaalfjarige. Het kan bv. al zonder problemen een uitleg verstrekken over de oorzaak, aanleiding en gevolgen van de tweede wereldoorlog, maar kan tegelijkertijd nog niet goed omgaan met de verschrikkingen van de concentratiekampen en de oorlogsmisdaden. Of een achtjarig UHB kind kan de meest ingewikkelde uitleg over worteltrekken en kwadraten volgen, maar wil nog wel door z’n ouders in bed gestopt worden met zijn lievelingsknuffel.
- Er is een groot verschil tussen de motorische en cognitieve ontwikkeling.
Een vijfjarig UHB kind kan zich bv. voorstellen in z’n hoofd wat het wil bouwen met z’n LEGO Technics, maar het mis de motorische vaardigheden om z’n LEGO stukjes goed in elkaar te passen.
- Er is een groot verschil tussen de talenten die het kind heeft.
Een jong UHB kind wil met grote passie leren over de veldslagen van de Romeinen maar beheerst het lezen nog niet volledig. Hierdoor ervaart het een enorme frustratie die zich ook uitstrekt naar zijn passie om nieuwe dingen te leren. Of het kind is bv. net heel erg talig ingesteld, maar leest voor zijn of haar gevoel te langzaam.
Frustratie
Asynchroniteit is vaak aanleiding voor frustratie. De omgeving heeft te maken met verschillende leeftijden in één persoon en weet niet altijd op welke leeftijd het moet inspelen.
Het vraagt ook tonnen energie om de asynchroniteit van deze kinderen op te vangen, hoewel hun intensiteit ook vaak vele mooie momenten met zich meebrengt. Eens ze op het juiste niveau worden uitgedaagd, kunnen de sprongen die ze maken echter gigantisch zijn.
Ook bij een hoogbegaafd kind zelf geeft hun asynchrone ontwikkeling vaak veel frustratie. Het kind voelt vaak wel aan dat er iets niet klopt en dat hij of zij anders is dan andere kinderen. Hij kan hier echter geen naam aangeven. Hoe intelligenter het kind is, hoe vaker asynchroniteit ook echt een probleem wordt. Hoogbegaafde kinderen zijn zich vaak heel sterk bewust van hun asynchroniteit, al kunnen ze deze meestal niet onder woorden brengen.
Hoe ziet asynchroniteit er uit bij UHB kinderen?
Dit is de 8-jarige Giel (*). Hij functioneert op intellectueel vlak als een puber. Hij verwerkt wiskunde en wetenschappelijke vakken op het niveau van een 16-jarige. Zo ontwikkelde hij op de computer zijn eigen technisch programma voor het ontwikkelen van digitale modellen, die hij daarna nabouwt met behulp van technische onderdelen, geleend van o.a. Mindstorms. Stilzitten staat echter niet in Giels woordenboek. Zelfs achter de computer is hij hyper beweeglijk en hij ligt, hangt of huppelt liever terwijl hij op hoog niveau z’n technisch programma verder ontwikkelt. Op sociaal vlak is Giel dan weer eerder een 11-jarige. Hij vindt vooral (mentale) aansluiting bij oudere kinderen op puberleeftijd, maar heeft nog niet de sociale skills om vlot om te gaan met de sociale regels die gelden tussen pubers onderling. Op emotioneel vlak is Giel dan weer heel wat jonger. Zo wordt hij graag nog door mama ondergedekt in bed ‘s avonds, slaapt hij met een lichtje op de gang, vervalt hij makkelijk in een extreme woedebui wanneer hij z’n computer moet afsluiten terwijl hij nog zooooo veel te doen had en sleept hij z’n teddybeer nog altijd mee naar slaappartijtjes bij oma en opa. Ook fysiek is Giel meer een 6-jarige: hij kan nog lang geen veters knopen, hij heeft de schrijftechnieken van een kind in het eerste leerjaar en tijdens de les lichamelijk opvoeding is hij de meest houterige van de klas. Koprol en touwtjespringen vindt hij erg lastig.
(*) Giel is een fictieve naam. Het kind op de foto is niet de Giel uit de beschrijving, maar is wel een UHB kind (met dank aan Samira V. voor het publiceren van de foto). De beschrijving van Giel bij de foto is louter ter uitleg van asynchroniteit bij UHB kinderen.
Is asynchroniteit ‘normaal’?
Het woord ‘normaal’ wordt op vele plaatsen gebruikt, in de eerste plaats om een ‘standaard ontwikkeling’ te bepalen. Maar uiteraard wordt het ook vaak gehoord op meer dan 1 moment in het leven van een uitzonderlijk begaafd kind. “Doe toch normaal!” wordt er wel eens geroepen wanneer het kind in het 6de leerjaar nog een extreme woede- of huilbui krijgt. Of de ouders van een UHB peuter krijgen op het allereerste ouderoverleg in het onthaalklasje te horen dat hoe hun kind zich gedraagt “niet echt normaal is”. Elke ouder van een UHB kind zal wel situaties kunnen noemen waarin de normaliteit van hun kind in vraag werd gesteld.
In de ontwikkelingspsychologie wordt de term ‘normaal’ gebruikt als een praktisch referentiepunt om te begrijpen hoe kinderen zich ontwikkelen: op welke manier en op welke leeftijd. Het kan een nuttig hulpmiddel zijn om een aantal algemene patronen van fysieke, cognitieve en emotionele ontwikkeling te beschrijven.
Het wordt echter gevaarlijk wanneer we deze ontwikkeling als norm gaan gebruiken en de bijhorende kenmerken en mijlpalen gaan opleggen aan een kind. Wanner we het woord ‘normaal’ gaan gebruiken als dé maatstaf van het gezonde, gelukkige kind, kan dit onze definitie van ‘normaal’ verengen: we kijken dan niet meer naar het unieke van het kind, een kind dat volgens zijn eigen, unieke manier kan ontwikkelen.
Voor ouders die een kind opvoeden dat aan gelijk welk uiteinde van de Gauss-curve vertoeft, kan het gebruik van het woord ’normaal’ juist meer problemen gaan veroorzaken. Als normaal de regel wordt, dan is hun kind inderdaad de uitzondering. Voor deze ouders kan het een uitdaging zijn om hun verwachtingen om aan de norm te voldoen los te laten en de aparte ontwikkeling van hun kind te accepteren.
Deze afwijkingen van de norm zijn moeilijk te definiëren. Hoogbegaafdheid wordt vaak vereenzelvigd met presteren, waarbij hoge prestaties leveren de primaire identificatie is van een zogezegd écht hoogbegaafd kind. Dit is echter een heel smalle definitie van hoogbegaafdheid omdat er ook heel veel hoogbegaafde kinderen zijn die onderpresteren. Deze definitie slaagt er ook niet in om rekening te houden met het idee dat hoogbegaafde kinderen niet in een lineaire, synchrone manier ontwikkelen. Ouders vertellen vaak dat hun hoogbegaafde kind vele leeftijden in dit ene lichaam zitten heeft, waarbij ze soms het ene moment een ‘oude ziel’ lijken te zijn en twee tellen later dan weer het gedrag van een emotionele driejarige vertonen. Stel je een hoogbegaafd kind voor dat in het weekend in codetaal leert programmeren, maar die in tranen uitbarst als het gevraagd wordt om zijn woordpakket driemaal over te schrijven. Hoe kunnen we het beste tot een definitie komen die zo anders is dan de norm?
Voor jonge hoogbegaafde mensen, kan de druk om ‘normaal’ te zijn zowel door interne als door externe invloeden makkelijk een weg vinden in hun zelfperceptie. Aanvaarding van hun hoogbegaafdheid als integraal onderdeel van hun identiteit is cruciaal voor deze kinderen en adolescenten, vooral omdat ze dan volop in een kritische fase van hun ontwikkeling zitten. Asynchroniteit, en niet normaliteit, moet de lens zijn waardoor we kijken om de opgroeiende hoogbegaafde te begrijpen. En opvoeders en ouders moeten zorgen voor een beter kader om hen te helpen te groeien naar hun best mogelijke zelf.
Bron van dit hoofdstuk: Hoogbloeier
Asynchroniteit en versnellen
Heel vaak wordt de asynchrone ontwikkeling van een kind aangegrepen als reden om een kind op school niet te versnellen. Het kind heeft dan weliswaar uitdaging nodig op hoger niveau (lees: kan de leerstof aan van een jaar of enkele jaren hoger), maar omdat het op sociaal of emotioneel vlak minder snel evolueert – of als “achter” wordt ervaren – wordt dit als reden gezien om een versnelling niet gepast te noemen.
Uiteraard is asynchroniteit een aandachtspunt bij versnelling. Soms is echter aandacht geven aan kleine details al een oplossing voor het probleem. Enkele voorbeelden:
- Een kleuter die versneld naar het 1ste leerjaar gaat, heeft meestal nog niet de fijne motoriek die nodig is om taken af te werken of om al vloeiend te kunnen schrijven. Mogelijke oplossingen hiervoor zijn bijvoorbeeld het kind toe te staan een tijdje in blokletters te schrijven of tijdelijk minder aandacht geven aan de vorm van de letters. Belangrijk is dat het “nog niet kunnen schrijven volgens de normen van het 1ste leerjaar” even ‘op hold’ mag gezet worden tot de natuurlijke ontwikkeling z’n gang neemt en het kind intellectueel niet te straffen, omdat het fysiek nog niet kan volgen.
- Voor een kind dat emotioneel nog niet zo ver staat als op cognitief vlak, kan begrip al heel wat bijdragen. Wanneer je als leerkracht begrip kan opbrengen voor de frustraties die het kind ervaart omdat het bijvoorbeeld nog niet de dingen kan neerschrijven zoals ze wél in z’ hoofdje zitten, dan heeft dit een uiterst positief effect op het zelfbeeld van het kind. Of wanneer het kind dat 2 jaar versneld in de lagere school zit makkelijkere turnoefeningen krijgt, omdat het nu eenmaal fysiek nog niet in staat is om even hard te lopen of even hoog te springen als z’n klasgenootjes, dan geeft dit het kind een positiever beeld over zichzelf.
- Ook begrip voor onverwachte huil- of woedebuien bij het kind, doen vaak wonderen. Wanneer de leerkracht beseft dat deze heel vaak innerlijke frustratie camoufleren of leert dat het kind bezig is met het verwerken van informatie waar het al wel cognitief voor gereed is, maar nog niet emotioneel, dan kan hij of zij op een meer gepaste manier op het kind reageren.
- Een kind dat een achterstand heeft op fijne motoriek en bijvoorbeeld z’n veters nog niet kan knopen op 9-jarige leeftijd, vindt dit van zichzelf allesbehalve fijn. Wanneer het dus gedwongen wordt om hulp te vragen aan een volwassen begeleider, is het belangrijk dat deze volwassene hier vlot en met respect op ingaat en niet alleen maar kritiek geeft op de ‘tekortkomingen ‘ van het kind.
Respect voor de asynchrone ontwikkeling van een kind, draagt ook bij aan het zelfvertrouwen en het zelfbeeld van dat kind zelf. Omdat deze kinderen vaak met zichzelf worstelen en hun eigen asynchrone ontwikkeling wel aanvoelen, maar niet altijd onder woorden kunnen brengen, hebben zij net extra begeleiding hierin nodig. Wanneer zij net ervaren dat hun begeleiders deze ontwikkeling juist als vrij normaal beschouwen en er het nodige geduld en aandacht voor willen opbrengen, zal dit ongetwijfeld door het kind opgenomen worden als een bevestiging van hun zijn.
Kennis van asynchrone ontwikkeling bij leerkrachten en scholen is dan ook essentieel (zie ook hieronder bij “tips voor leerkrachten en begeleiders).
Zéker bij UHB kinderen is de combinatie van versnellen en asynchrone ontwikkeling een belangrijk thema. Vermits de asynchroniteit bij UHB kinderen vaak nog véél groter is dan bij hoogbegaafde kinderen en zij op cognitief vlak nog véél meer voorlopen t.o.v. het tempo van fysieke, sociale en emotionele ontwikkeling en dus aangepaste cognitieve uitdaging nodig hebben op hoog niveau, wordt de aandacht die moet gegeven worden aan deze asynchroniteit ontzettend belangrijk. Zéker als het gaat om erg jonge kinderen die ettelijke jaren versnellen.
Essentieel is dat er oplossingen gezocht worden voor problemen die hun oorzaak hebben in de niet synchrone ontwikkeling van het UHB kind. En dat versnelling nooit louter om sociale of emotionele redenen wordt tegengehouden, wanneer heel duidelijk is dat het kind (extreme) versnelling nodig heeft op cognitief vlak.
Tips voor ouders van asynchrone kinderen
Leer asynchrone ontwikkeling bij je kind te herkennen en te begrijpen
- Maak jezelf vertrouwd met asynchrone ontwikkeling bij uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen. Deel de informatie die je vindt met diegenen die met je kind te maken krijgen grootouders, coachen, leerkrachten, begeleiders, enz. …
- Maak kennis met de ‘verschillende leeftijden’ in je kind, z’n unieke asynchrone ontwikkeling. Aanvaard dat deze asynchroniteit misschien niet ‘normaal’ is voor de meeste kinderen, maar een heel gewoon aspect van uitzonderlijke hoogbegaafdheid is.
- Pas je verwachtingen aan. Een van de meest moeilijke dingen wanneer je een asynchroon ontwikkelend kind hebt, is het onder controle houden van verwachtingen, zowel die van jezelf als die van anderen.
- Aanvaard dat je kind op de ene moment de mini-volwassenene is met wie je lange, ingewikkelde conversaties kan hebben, terwijl het zich enkele minuten later zich als een kleuter gedraagt wanneer hij een taakje moet doen tegen zijn zin. Aanvaard je gevoelens hierover, hoe frustrerend of overweldigend dit ook kan zijn met momenten. Andere volwassen kunnen dan weer veel te veel en te vroeg verwachten van je kind. Velen gaan er ten onrechte van uit dat een begaafd kind makkelijk op school mee kan en zich in de klas goed zal gedragen.
Denk ‘outside the box’ wanneer het over de opvoeding van je kind gaat
- We leven in een samenleving die spijtig genoeg grote waard hecht aan ‘gelijkheid’. Degenen die anders zijn – en dan vooral die kinderen die anders zijn – moeten vaak een moeilijke weg afleggen. Treed daarom vaak en al zeer vroeg op als ‘pleiter’ voor je kind.
- Kom je kind steeds tegemoet op het niveau waarop het zich bevindt, op basis van zijn huidige ontwikkelingsniveau. Misschien leest je kind in het derde leerjaar al op niveau 6de leerjaar, kent hij wiskunde op middelbaar niveau en schrijft hij op het niveau van het eerste leerjaar. Dat is oké. Sta toe dat je kind hoog vliegt , maar ondersteun z’n zwakke punten.
- Het kan moeilijk zijn om leesmateriaal te vinden voor je asynchrone kind. Velen zijn al snel in staat om te lezen op middelbaar niveau, maar de thema’s en inhoud van de boeken liggen tegelijkertijd hoger dan ze sociaal-emotioneel aankunnen. Hou daar rekening mee. Het is een uitdaging om asynchrone kinderen op te leiden in het openbaar onderwijs. Denk buiten die spreekwoordelijke doos! Je kind kan baat hebben bij een alternatieve educatieve aanpak. Versnelling, online leren, huisonderwijs of zelfs ‘unschooling’ werken vaak beter voor deze kinderen.
- Asynchroniteit heeft vaak ook gevolgen in eventueel achterblijvende executieve vaardigheden van een begaafd kind (aandacht, organisatie, gedrag en zelfregulerende vaardigheden). Mogelijk heeft uw kind op dit gebied extra ondersteuning van jou nodig.
‘Peers’ op intellectueel gebied zijn belangrijk
Deze kinderen hun woordenschat en de referenties die ze maken, lopen vaak jaren voor op die van hun leeftijdsgenoten. De manier waarop ze denken, de snelheid waarmee ze redeneren, de spelletjes die ze spelen … zijn niet typisch voor kinderen van hun leeftijd.
- Bedenk dat het normaal is dat hoogbegaafde kinderen moeite hebben met hun leeftijdsgenoten. Je kind heeft mogelijk sociale ondersteuning nodig bij zijn contacten.
- Deze kinderen hebben intellectuele leeftijdsgenoten nodig. Geef uw kind de gelegenheid om met andere hoogbegaafde kinderen om te gaan.
- Geef je kind de gelegenheid om met oudere kinderen en volwassenen om te gaan. Zoek een mentor in je gemeenschap.
Help uw kind om frustraties te verwerken en te beheersen
De asynchrone ontwikkeling van je kind is frustrerend om mee om te gaan, nietwaar? Stel je eens voor hoe ongelooflijk frustrerend dat moet zijn voor je kind zelf.
- Iedereen heeft unieke sterke en zwakke punten. We hebben allemaal dingen waar we goed in zijn of waar we aan moeten werken. Praat hierover met uw kind en gebruik de passies van uw kind om z’n zwakke punten aan te pakken.
- Leer uw kind om met frustratie om te gaan. ‘Coping’-vaardigheden behoren tot de belangrijkste levensvaardigheden.
- Als het moeilijk wordt, wees dan niet bang om hulp te zoeken. Zorg er daarbij voor dat u zorgverleners vindt die gespecialiseerd zijn in uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen.
Zoek een community
Een asynchroon begaafd kind opvoeden, kan een eenzame onderneming zijn. Ouders hebben vaak het gevoel dat ze niet openlijk over hun strijd kunnen spreken uit angst om te worden veroordeeld. Zoek ouders op van vergelijkbare kinderen. Dit kan eveneens via een online community zijn. Het is een ongelooflijke opluchting om openlijk over je kind en z’n kenmerken te kunnen spreken zonder angst voor het oordeel van anderen.
Je bent niet alleen!
Tips voor leerkrachten en begeleiders van asynchrone kinderen
Leer asynchrone ontwikkeling (her)kennen
Dit is belangrijk om er de consequenties goed van te kunnen inschatten wat betreft aanpak en begeleiding van dat specifieke kind. Op school wordt heel vaak enkel de intellectuele leeftijd van een uitzonderlijk hoogbegaafd kind gezien. Men speelt dan ook enkel in op deze leeftijd en houdt geen of onvoldoende rekening met de fysieke beperkingen van de kalenderleeftijd. Of men ziet niet in dat bepaalde andere zaken in de ontwikkeling van het kind niet geheel overeenstemmen met de ingeschatte intellectuele leeftijd.
Pas je verwachtingen aan
Asynchrone ontwikkeling van een kind kan leiden tot een te groot verschil tussen de verwachtingen die aan een kind gesteld worden op basis van bijvoorbeeld zijn/haar verbale sterkte en de dingen die het kind in feite echt kan uitvoeren. Denk aan een kind dat zeer goed kan hoofdrekenen, maar dit niet op papier gezet krijgt. Zoiets geeft frustraties, zeker als het bovenop het besef van dat falen telkens moet horen “je kunt het wel als je maar wilt”.
Deal with it
Het is een hele uitdaging om gepast met asynchrone ontwikkeling om te gaan. Het is uiterst belangrijk dat begeleiders de aanwezigheid van die verschillende leeftijden in één kind niet uit het oog verliezen en er goed op reageren. Er zijn geen pasklare oplossingen, maar het besef dat één kind verschillende leeftijden kan herbergen, geeft al een beter begrip.
Laat je ego varen, wanneer het UHB kind zich op bepaalde vlakken op een hoger niveau bevindt dan jijzelf. Het kind is er niet op uit je persoonlijk aan te vallen, wanneer het je aanspreekt op betweterige toon of wanneer het je corrigeert in je uitleg. Dit kind kiest er niet voor om op deze manier te ontwikkelen: asynchrone ontwikkeling waarbij zijn cognitieve ontwikkeling vaak razendsnel gaat, hoort gewoon bij zijn of haar leven.
One size does NOT fit all
Het is belangrijk voor leerkrachten en verzorgers om te beseffen dat “één maat voor iedereen” niet geschikt is voor hoogbegaafde kinderen. Ook kinderen met vergelijkbare IQ-scores hebben mogelijk niet dezelfde vaardigheden, persoonlijkheden, ontwikkeling, capaciteiten of interesses. De individuele eigenschappen van een uitzonderlijk begaafde leerling kunnen enorm verschillen met die van een ander UHB kind.
Het ene asynchrone kind is het andere niet
Hoe hoger begaafd het kind is, hoe meer asynchroon het kan zijn. Het is echt niet niet ‘abnormaal’ dat een 7-jarig hoogbegaafd kind leest op het niveau 6de leerjaar, wiskundige taken uitvoert op niveau 4de middelbaar, een fijne motoriek heeft van niveau 1ste leerjaar en op sociaal vlak lijkt te functioneren op een niveau ver onder dat van leeftijdsgenoten. Het is dan ook belangrijk om naar de verschillende ‘leeftijden’ van het welbepaalde kind te kijken en de aanpak er op af te stemmen. Hou er ook rekening mee dat deze verschillen tegen topsnelheid kunnen veranderen.
Conclusie
“I think of asynchronous development as the very essence of giftedness. Gifted children are not better than their peers, they are just different. And just like other populations that differ significantly from the norm, gifted children need support in order to thrive. I honestly believe that if the public understood giftedness as asynchrony, the gifted world would change for the better.”(*)
Cait Fitz
(*) Uit: “Asynchronous Development in Gifted Children”
Vertaling: Ik beschouw asynchrone ontwikkeling als de essentie van hoogbegaafdheid. Hoogbegaafde kinderen zijn niet beter dan hun leeftijdsgenoten, ze zijn gewoon anders. En net als andere populaties die aanzienlijk verschillen van de norm, hebben hoogbegaafde kinderen ondersteuning nodig om te kunnen gedijen. Ik geloof oprecht dat als het publiek hoogbegaafdheid als asynchroniteit zou begrijpen, de hoogbegaafde wereld ten goede zou veranderen.
Bronnen
- Dotado, advies bij hoogbegaafdheid – Asynchrone ontwikkeling
- Hoogbloeier – Asynchroniteit in het hoogbegaafde kind. Laat het woord ‘normaal’ maar achterwege
- Els De Wit – Slapende leeuwen
- IEKU Advies – Asynchrone ontwikkeling van je kind
- IEKU Advies – Asynchronie kenmerk van hoogbegaafdheid
- IEKU Advies – Hoogbegaafd en asynchroon
- Stephanie S. Toolan – Off the Charts: Asynchrony and the Gifted Child
- Cait Fitz – Asynchronous Development in Gifted Children (Raising lifelong learners)
- National Association for Gifted Children – Asynchronous Development
- Leaving behind normalcy: asynchrony and the gifted child
- Linda Parish – Defining Mathematical Giftedness