“Hoogbegaafdheid houdt niet op als je ouder wordt. Veel grootouders van nu weten niet van hun hoogbegaafdheid. Velen hebben hun eigen talenten niet gezien.”
Noks Nauta
Is er al weinig informatie over uitzonderlijk hoogbegaafde volwassenen te vinden, dan kan men stellen dat het onderzoek naar uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen of senioren zo goed als nihil is. Dit geldt trouwens eveneens voor hoogbegaafde senioren in het algemeen.
De informatie in dit hoofdstuk is daarom gebaseerd op het boek “Hoogbegaafde senioren” van Noks Nauta en Ine Schouwstra dat als één van de weinigen onderzoek naar hoogbegaafde ouderen bundelt in het Nederlands. Deze informatie werd aangepast aan de situatie van uitzonderlijk hoogbegaafden.
Kenmerken van uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen
Zoals ook gesteld in het hoofdstuk over uitzonderlijk hoogbegaafde volwassenen, zijn de kenmerken van uitzonderlijk hoogbegaafden vergelijkbaar met die van hoogbegaafden. Bij uitzonderlijke hoogbegaafden is er sprake van een nog hoger IQ, een diepere beleving en een intensere invloed van alle kenmerken op het dagelijkse leven. We mogen er van uit gaan dat dit eveneens telt voor uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen. Lees u daarom in in de kenmerken van uitzonderlijk hoogbegaafde volwassenen.
Uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen zijn nog maar heel moeilijk zichtbaar in onze samenleving. Hiervoor zien we tal van oorzaken:
- Hoogbegaafdheid was allesbehalve bekend halverwege vorige eeuw, de periode dat de senior van vandaag jong was. “Intelligentie” werd alleen gezien wanneer echt uitzonderlijke prestaties werden neergezet. Bij de (uitzonderlijk) hoogbegaafde professor-op-rust of de gepensioneerde wetenschappelijke geleerde zal het dus duidelijker zijn dan bij de uitzonderlijk hoogbegaafde oudere dame die graag leest of de eveneens uitzonderlijk hoogbegaafde opa die graag met z’n kleinzoon een praatje slaat over diens studie aan de universiteit.
- Vele senioren hadden in hun jeugd niet de kans om te studeren. Het was niet evident voor velen om zelfs maar naar de middelbare school te gaan, laat staan een hogere opleiding te volgen. In hun tijd waren de sociale omstandigheden bepalend of iemand al dan niet in z’n tienerjaren ging ‘studeren’ of ging werken. Vele ouderen zijn hierdoor nooit achter hun begaafdheid gekomen.
- Aangeleerde bescheidenheid is iets wat we bij vele ouderen zien. Uitzonderlijk begaafde senioren lachen of wuiven hun begaafdheid weg. Ze noemen zichzelf zelfs niet intelligent. Het feit dat ze geen diploma’s hebben en maar een heel gewoon leven leidden, is voor hen de bevestiging dat ze zéker niet hoogbegaafd kunnen zijn.
- Hoogbegaafdheid is bij senioren al niet makkelijk vast te stellen, laat staan dus dat de diagnose uitzonderlijke hoogbegaafdheid op latere leeftijd nog gesteld zal worden …
Toch zien we nog altijd typische aspecten bij hoogbegaafde ouderen die hen kenmerken als hoogbegaafd:
- de behoefte aan autonomie is groot, ongeacht de leeftijd
- zij hebben andere interesses dan andere senioren
- ze denken veel en diep na
- ze kunnen (extreem) kritisch zijn
- ze zijn hoogsensitief
- ze ontwikkelen makkelijk tactieken om cognitieve achteruitgang te camoufleren
Tips en aanbevelingen voor de autonome uitzonderlijk hoogbegaafde senior
- Wanneer je op latere leeftijd tot de conclusie komt dat je (uitzonderlijk) hoogbegaafd bent, start dan tijdig met zelfonderzoek. Verkennen van mogelijkheden en uitdagingen in deze levensfase kost tijd. Kijk tijdig naar de zaken die je nog in orde wil brengen. Bespreek je wensen, je verwachtingen, …
- Het plots ontdekken van (uitzonderlijke) hoogbegaafdheid in deze periode van je leven zal anders verlopen dan in vorige fases. Hou daar rekening mee. Zowel op vlak van herkenning als erkenning zal je andere ervaringen hebben dan mensen die op jonge leeftijd hun begaafdheid al kenden.
- Leer omgaan met je hoogsensitiviteit: zelfaanvaarding en erkenning spelen hierbij een belangrijke rol. Lees je in over wat hoogsensitiviteit precies betekent en hoe het jou als senior nog bepaalt.
- Het zoeken naar passende contacten op vlak van relaties en vriendschappen is zeker geen simpele opdracht in deze fase. Als (uitzonderlijk) hoogbegaafde oudere kan je relaties intenser beleven. Dit is een aandachtspunt, vermits je met deze intensiteit op een andere manier zal omgaan (bv fysieke of psychische belemmeringen, minder energie, meer rust nodig, …).
- Leer conflicten herkennen of voorkomen vanuit kennis over hoogbegaafdheid en vanuit kennis over hoe buitenstaanders met begaafdheid omgaan.
- Wees je er van bewust dat de kennis over (uitzonderlijke) hoogbegaafdheid door je omgeving (zorgverleners, …) quasi onbestaande is en je dus heel duidelijk zal moeten aangeven wat je noden en verwachtingen zijn. Wacht niet tot anderen jouw noden gaan invullen vanuit hun eigen ervaringen of vanuit maatschappelijke ideeën over senioren.
UHB ouderen en hulpverlening
Vermits oude leeftijd vaak met beperkingen komt, zowel op fysiek als op verstandelijk vlak, komen vele uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen op een zeker moment in hun leven in contact met zorg- of hulpverleners. Binnen deze relatie komen de aspecten van hun (uitzonderlijke) hoogbegaafdheid vaak (onverwacht) naar boven en kunnen deze aanleiding zijn van conflicten. Het is daarom belangrijk dat naasten en hulpverleners zich op de hoogte stellen van de begaafdheid en de samenhangende kenmerken van de uitzonderlijk hoogbegaafde senior en dat hier rekening mee wordt gehouden in de aanpak van het zorgbeleid.
Begaafde ouderen worden makkelijk als “lastig ” ervaren door bijvoorbeeld hulpverleners. Zeker wanneer de ouderen door fysieke beperkingen, een ziekte of een val verplicht worden om beroep te doen op hulp, terwijl ze voordien altijd volledig zelfstandig waren, is de kans groot dat er problemen opduiken. De uitzonderlijk hoogbegaafde senior voelt zich bijvoorbeeld niet erkend door de hulpverlener, communiceert op een andere manier dan de zorgkracht gewend is, of voelt zich misschien gekleineerd door de betuttelende manier van aanspreken door de verpleegkundige. Dit kan zorgen voor spanningen en samenhangende problemen.
Typische zaken die opvallen binnen de relatie (uitzonderlijk) hoogbegaafde ouderen – zorgverstrekkers:
- (Uitzonderlijk) hoogbegaafde senioren beschrijven hun medische klachten op een heel andere manier dan gewoon begaafden naar hun arts of verzorger toe, wat de oorzaak kan zijn van misdiagnoses of misverstanden.
- Ze reageren vanuit hun hoogsensitiviteit vaak anders op medicijnen of ervaren meer of andere bijwerkingen. Hoewel hier maar weinig of geen onderzoek over gebeurd is, is dit in deze levensfase uiteraard wél een belangrijk gegeven om mee te nemen in het zorgbeleid.
- Autonomie en zorgafhankelijkheid blijken in deze levensfase vaak een moeilijke combinatie. De (uitzonderlijk) hoogbegaafde hecht van nature heel erg aan zelfstandigheid en vindt het vaak extreem moeilijk om dit op te geven, zelfs op het moment dat hij gedwongen afhankelijk wordt van anderen.
- Vanuit hun sterk cognitieve vermogens zijn uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen vaak banger voor aftakeling. Zij denken daar méér – of vroeger – over na en zijn eerder geneigd om ook in alle autonomie hun laatste jaren of zelfs hun levenseinde te regelen.
- Inleveren van autonomie is voor hen vaak een groot probleem, soms zelfs al wanneer het over kleine inleveringen gaat.
- Zelfstandig wonen is een levensbehoefte voor de hoogbegaafde senior.
- Zingeving blijft belangrijk, hoe oud men ook is of welke fysieke beperkingen men ook ervaart.
- Contact met gelijkgestemden blijft net als in vorige levensfases nodig.
Belangrijk in deze levensfase is dat zowel naasten als alle zorgkrachten die in contact komen met de UHB senior, aandacht schenken aan de noden van deze persoon.
- Tijd nemen om aandachtig te luisteren is een belangrijk aandachtspunt voor het zorgpersoneel.
- Oppassen voor verkeerde diagnoses op medisch vlak.
- Uitzonderlijk hoogbegaafde senioren sluiten niet altijd graag aan bij standaard groepsactiviteiten. Hier moet rekening mee gehouden worden in bv rusthuizen.
- Hoogsensitieve eigenschappen van de senior vallen meestal eerst op bij dokters of zorgpersoneel en kunnen een aandachtspunt zijn voor een andere aanpak.
- Uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen ervaren vaak veranderingen op vlak van gevoelens, ervaringen, lawaai of drukte, schrikken makkelijker of raken sneller in paniek, …
- Zij ervaren dezelfde gevoelens als andere hoogbegaafden wanneer ze onder gelijkgestemden zijn (gevoelens van ’thuiskomen’). Aandacht voor sociaal contact met andere begaafde senioren is dus een aandachtspunt.
Tips voor uitzonderlijk hoogbegaafde senioren
- Wanneer je naar de buitenwereld toe spreekt over eenzaamheid, is het belangrijk om de vorm van deze eenzaamheid te duiden. Vele buitenstaanders of verzorgers gaan er van uit dat ‘eenzaamheid’ voor ouderen standaard een ’tekort aan bezoek’ betekent. Ze vullen dit tekort dan ook graag op met een huisbezoek door vrijwilligers of een activiteit met andere senioren. Voor een uitzonderlijk hoogbegaafde oudere heeft eenzaamheid vaak een àndere betekenis. Het gaat over het zich niet verbonden voelen met z’n medemens. Een uitzonderlijk hoogbegaafde senior naar een bingoavond sturen of hem een plaatselijke vrijwilliger op z’n dak sturen die over koetjes en kalfjes kletst, doet vaak meer slecht dan goed. Praat hier over. Maak duidelijk wat je wél of niét wil en op welke manier zorgpersoneel kan inspelen op jouw noden.
- Zoeken naar zingeving blijft een belangrijke. Als uitzonderlijk hoogbegaafde senior ken je jezelf het beste en weet je dus als geen ander wat je nodig hebt om je leven nog zin te geven. Communicatie hierover is nodig.
- Behoefte aan zelfontplooiing is niet iets wat voor een uitzonderlijk hoogbegaafde wegvalt omdat hij over de 70 is. Het is dus belangrijk dat je aan zelfzorg blijft doen op geestelijk, verstandelijk of spiritueel niveau. Zoek uit waar je blij van wordt, waar je interesses en talenten (nog) liggen en maak gebruik van faciliteiten die hier op inspelen.
- Blijven trainen en veelvuldig gebruiken van de geest, is een manier om controle en onafhankelijkheid te behouden. Hoe fitter je geest, hoe meer overzicht je kan houden over je leven en je noden. En hoe langer je je zelfstandigheid kan bewaren.
- Aandacht voor conflicten in communicatie met zorgverleners is nodig. Als uitzonderlijk hoogbegaafde oudere ervaar je waarschijnlijk makkelijker irritatie t.o.v. zorgverleners omdat je nu eenmaal makkelijker zaken opmerkt, sneller verbanden legt, oorzaken ziet of externe hulp aanvoelt als bemoeizucht of als aantasting van je autonomie. Wees je er van bewust dat hulpverleners op een andere manier communiceren dan je misschien zelf gewend bent en probeer duidelijk maar rustig je noden en verwachtingen naar de ander te verduidelijken.
Tips voor zorgverleners
Het is belangrijk te begrijpen dat voor de uitzonderlijk hoogbegaafde oudere:
- verlies van autonomie een extreem sterke impact kan hebben. Véél meer dan bij andere ouderen.
- op gelijkwaardige en volwaardige manier betrokkenen worden bij zijn zorgsituatie, uiterst belangrijk is. Spreek hierover en vraag wat de zorgvrager wil of verwacht.
- gepast gebruik van humor belangrijk is.
- betutteling of ‘wegsussen’ van problemen een no-go zijn. Betuttelend gedrag ervaart de uitzonderlijk hoogbegaafde senior als een aanfluiting van zijn intelligentie.
- zelfs wanneer er sprake is van cognitieve achteruitgang of zelfs dementie, er nog altijd sprake is van hoogbegaafdheid. Uitzonderlijk hoogbegaafde senioren zijn lang in staat om hun cognitieve achteruitgang te compenseren. Maak gebruik van de mentale capaciteiten waarover ze nog wel beschikken.
Zowel voor hulpverleners als voor UHB ouderen is het van belang te beseffen dat ook op oudere leeftijd én met fysieke of zelfs cognitieve beperkingen, men toch uitzonderlijk hoogbegaafd blijft.
Dementie
Dementie op zich is al een zeer complex proces. Ook bij gemiddeld begaafden kan dementie zich op verschillende manieren voltrekken en is het belangrijk om naargelang de persoon anders te (be)handelen.
Zeker bij hoogbegaafde dementerenden is maatwerk absoluut noodzakelijk en moet men rekening houden met volgende aspecten:
- Het is bekend dat een grotere cognitieve reserve bij hoogbegaafde senioren zorgt voor een later zichtbaar worden van symptomen van bv Alzheimer. Voor naasten of zorgverstrekkers die geen kennis hebben van hoogbegaafdheid, zal het moeilijker zijn om deze symptomen tijdig op te merken.
- Een uitzonderlijk hoogbegaafde kan zelfs bij verlies van bepaalde cognitieve delen van het brein, méér flexibel gebruik maken van het overgebleven verstandelijk deel.
- Een achteruitgang van de IQ score zal vaak leiden tot een nog altijd gemiddelde score. Het is nooit onderzocht, maar de kans bestaat dat uitzonderlijk hoogbegaafden zelfs bij cognitieve achteruitgang nog altijd meer dan bovengemiddelde prestaties kunnen neerzetten. Een uitzonderlijk hoogbegaafde dementerende kan in principe dus nog altijd zorgpersoneel met gemak om de tuin leiden.
- Hoogbegaafde ouderen die in een eerste fase van dementie zitten, zijn vaak nog makkelijk in staat hun achteruitgang te maskeren. Dit kan een (te) late diagnose tot gevolg hebben of zelfs de oorzaak zijn dat passende medicatie of behandeling te laat kunnen opgestart worden.
Er is bij dementerende uitzonderlijk hoogbegaafden aandacht nodig voor hun specifieke behoeften, ook op cognitief vlak. Omdat uitzonderlijk hoogbegaafde ouderen anders denken en langer in staat zijn om hun cognitieve capaciteiten te gebruiken, zelfs wanneer ze zich in een verdere fase van dementie bevinden, moet door zorg- en medisch personeel aandacht geschonken worden aan specifiek gedrag:
- De dementerende uitzonderlijk hoogbegaafde kan zeer diepe gevoelens van boosheid of zelfs agressie ervaren, die veroorzaakt worden door hun verlies van autonomie, het niet begrepen worden, het langer blijvende besef van verlies van cognitieve functies en de verwardheid en angst die daarmee gepaard gaan.
- Jeugdervaringen in het kader van hoogbegaafdheid komen in deze periode vaak naar boven en gaan een prominente rol spelen. Zeker wanneer de oudere nooit als uitzonderlijk hoogbegaafde erkend is geweest tijdens z’n jeugd en hij of zij hierdoor negatieve of zelfs traumatische ervaringen heeft opgelopen, zullen deze ervaringen opnieuw beleefd en doorvoeld worden. Deze herinneringen of ervaringen kunnen de oorzaak zijn van stress, agressie, achterdocht, paniek, verdriet, …
- Zeker in de beginfase van dementie moet er extra aandacht uitgaan naar het proces dat de uitzonderlijk hoogbegaafde oudere doorloopt op vlak van schaamte en besef van verlies van cognitieve capaciteiten. Een uitzonderlijk hoogbegaafde die altijd in autonomie geleefd heeft en vanuit zijn verstandelijk kunnen een inherente drang naar zelfstandigheid en rationaliteit heeft, ervaart in de eerste fase van achteruitgang een extreem groot gevoel van verlies en kan het bijzonder moeilijk vinden dit te plaatsen.
- Indien mogelijk moeten familieleden of naasten van de uitzonderlijk hoogbegaafde senior met dementie bij de aanpak betrokken worden. Vanuit hun kennis van zowel de persoon als van uitzonderlijke hoogbegaafdheid hebben zij meestal veel beter zicht op de noden van hun familielid.
- De hoogsensitiviteit van de dementerende kan oorzaak zijn van extreme paniek of angst. De uitzonderlijk hoogbegaafde senior ervaart alles nog eens veel dieper, intenser en zal er waarschijnlijk nog veel meer over nadenken ook.
- Opmerkingen over gevoelens door de dementerende mogen zeker niet ‘weggesust’ worden. Goedbedoelde opmerkingen als “het komt wel goed” of “het valt wel mee” zijn uit den boze: vanuit zijn verstandelijke vermogens weet de uitzonderlijk hoogbegaafde wel béter. Een uitzonderlijk hoogbegaafde senior in de beginfase (of zelfs latere fases) van dementie weet vaak rationeel maar al te goed wat er aan de hand is.
- Emotionele reacties van de dementerende mogen niet veroordeeld worden. Een hoogbegaafde ervaart vele zaken veel intenser en wat hij voelt, is dus echt. Met begrip en erkenning komt men al een heel eind verder.
- De identiteit van de (uitzonderlijk) hoogbegaafde blijft. Zelfs in latere fases van dementie. Een achteruitgang van cognitieve vermogens of verlies van verstandelijke capaciteiten, haalt de hoogbegaafdheid niét weg!
Tip
Lees meer over de specifieke aspecten van hoogbegaafden met dementie in de roman “Ik heb Alzheimer” van Stella Braam.
(korte inhoud te lezen in de boekbespreking “Ik heb Alzheimer”)
Levenseinde
Vele uitzonderlijk hoogbegaafden kijken anders naar hun levenseinde dan de gemiddelde mens. Vanuit hun behoefte aan autonomie, gaan ze vaak zelf op zoek naar regelingen die de laatste fase van hun leven bepalen en waarmee zo zo goed en zo lang mogelijk zelf de regie in handen houden.
Het is belangrijk dit tijdig te doen. Het vinden van de juiste informatie en het opstellen van de juiste documenten, kan enige tijd in beslag nemen. Als aanvulling en slot van dit hoofdstuk zetten we daarom een aantal linken beschikbaar naar nuttige externe informatie hierover: