Noden UHB kinderen

Uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen ontwikkelen zich op een heel andere manier dan hun leeftijdsgenootjes. Hierdoor ontwikkelen zij ook andere noden op intellectueel, sociaal én emotioneel vlak.

We zetten een aantal van deze noden hier op een rijtje en voorzien de nodige tips om hier als leerkracht mee om te gaan:

Aandacht voor hun asynchrone ontwikkeling

Omdat UHB kinderen tegen een andere snelheid ontwikkelen dan standaard het geval is, heeft dit een grote invloed op al hun noden. Deze ontwikkeling is asynchroon en volgt dus niet de standaard stappen die de meeste kinderen volgen in hun ontwikkeling. Bij UHB kinderen gaat hun ontwikkeling in grote sprongen, dewelke verschillen op intellectueel, emotioneel en/of sociaal vlak. 

Asynchrone ontwikkeling is één van de allerbelangrijkste kenmerken van uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen.

Een kind met een asynchrone ontwikkeling heeft niet één mentale/intellectuele leeftijd, maar bevindt zich in verschillende leeftijdsfasen. Een 9-jarig kind dat zich op het intellectuele niveau bevindt van een veertienjarige, wil ook aangesproken worden als veertienjarige. Tegelijkertijd kan dit kind echter de emotionele en morele ontwikkeling hebben van een kind van een jaar of zes en de sociale skills van bijvoorbeeld een 11-jarige. Het heeft dan ook voor die vlakken de begeleiding nodig die past bij z’n verschillende leeftijdsniveaus.

Voor begeleiders van dit kind – zoals leerkrachten – is dit vaak een bron van verwarring. De ene keer heb je te maken met een kind dat zijn leeftijd ver vooruit is, de andere keer met een kind dat gewoon op leeftijd is en soms zelfs een beetje ‘achter’.

Zeker in de lagere school komt dit heel erg tot uiting. Het UHB kind kan al een mentale voorsprong hebben van 4 tot meer dan 8 jaar, maar is qua ontwikkeling of andere vlakken minder ver voor of soms zelfs lichtjes achter op z’n leeftijd. Als leerkracht is het belangrijk hier oog voor te hebben.

Tips voor de leerkracht:

  • Leer asynchrone ontwikkeling (her)kennen. Deze asynchronie heeft nl. grote gevolgen voor de aanpak en begeleiding van dat specifieke kind. Op school wordt heel vaak enkel de intellectuele leeftijd van een uitzonderlijk hoogbegaafd kind gezien, waarbij er geen of onvoldoende rekening wordt gehouden met de fysieke beperkingen van de kalenderleeftijd. 
     
  • Geef zeker aandacht voor asynchrone ontwikkeling bij (radicaal) versnelde kinderen. Deze kinderen zitten na een versnelling waarschijnlijk veel beter op hun plek op vlak van intellectuele uitdaging, maar worden uiteraard nog dagelijks geconfronteerd met de beperkingen van hun leeftijd. Zo kan een versnelde kleuter die in het 1ste of tweede leerjaar terecht komt, nog moeilijkheden hebben met schrijven. Zijn lichamelijke functies zijn nog niet voldoende ontwikkeld en hebben tijd nodig om tot stand te komen. Laat het kind bijvoorbeeld een tijdje in blokletters schrijven.
     
  • Pas je verwachtingen aan. Een UHB kind dat op verstandelijk vlak grote prestaties neerzet, doet dit op andere vlakken misschien net niet. Het is belangrijk als leerkracht om te weten dat dit oké is en die boodschap ook naar het kind uit te dragen.
     
  • Hou rekening met de frustraties van je leerling die voortkomen uit zijn asynchrone ontwikkeling. Een kind dat zeer goed in taal is, ondervindt vaak nog moeilijkheden met het op papier zetten van die woorden. 
     
  • Leer er mee om te gaan. Het is een hele uitdaging om gepast met asynchrone ontwikkeling om te gaan. Het is uiterst belangrijk dat begeleiders de aanwezigheid van die verschillende leeftijden in één kind niet uit het oog verliezen en er goed op reageren. Er zijn geen pasklare oplossingen, maar het besef dat één kind verschillende leeftijden kan herbergen, geeft al een beter begrip.
     
  • Laat je ego varen, wanneer het UHB kind zich op bepaalde vlakken op een hoger niveau bevindt dan jijzelf. Het kind is er niet op uit je persoonlijk aan te vallen, wanneer het je aanspreekt op betweterige toon of wanneer het je corrigeert in je uitleg. Dit kind kiest er niet voor om op deze manier te ontwikkelen: asynchrone ontwikkeling waarbij zijn cognitieve ontwikkeling vaak razendsnel gaat, hoort gewoon bij zijn of haar leven.

Uitdaging op maat

UHB kinderen floreren niet altijd met standaardmateriaal of -uitdagingen voor hoogbegaafden. Zij hebben uitdagingen nodig die afgestemd zijn op hun niveau en rekening houden met hun asynchrone ontwikkeling. Een juiste bepaling van hun zone van naaste ontwikkeling is voorwaarde voor een juist leertraject.

Mogelijkheden hiertoe:

  • (Meervoudige) versnelling, ongelimiteerd en passend bij het kind.
  • Vakversnelling die schoolstructuur overschrijdend is en de cognitieve noden van het kind volgt, ongelimiteerd.
  • Aparte leertrajecten die hun talenten volgen, zonder hen te beperken door eventuele tekorten voor andere vakken.

Tips voor de school:

  • Verdiep je in wettelijke mogelijkheden om een UHB kind op school de nodige uitdaging te geven. Lees je in over de verschillen tussen hoogbegaafdheid en uitzonderlijke hoogbegaafdheid. Ontdek hoe verschillend de ontwikkeling van deze kinderen is en welke mogelijkheden er specifiek zijn voor UHB kinderen in het basisonderwijs.
     
  • Sta open voor (radicale) versnelling. Uit internationaal onderzoek blijkt dat UHB kinderen die veel versneld zijn, het later veel beter doen in het leven.
     
  • Verwacht geen schitterende punten vooraleer een versnelling toe te staan. Een UHB kind heeft recht op leren in z’n zone van naaste ontwikkeling. Dit wil echter niet zeggen dat het daarom ook extreem uitzonderlijke schoolprestaties neerzet. 

Erkenning van hun talenten en noden

Bij UHB kinderen is vaak al op jonge leeftijd duidelijk waar hun talenten liggen. UHB kleuters ontdekken al snel bepaalde vakken die hen prikkelen en ontwikkelen een duidelijk voorkeur in leren. Sommige jonge UHB kinderen zijn al heel jong bezig met wetenschappen, zaken binnen de wiskunde of op taalvlak. Het is belangrijk dat hiermee rekening wordt gehouden bij het uitwerken van een individueel leertraject.

Deze kinderen ontdekken hun interesses vaak al in de kleuterklas of tijdens de eerste jaren van de lagere school. Wanneer ze hierover op hun honger blijven tot ze in het middelbaar kunnen kiezen voor een richting die past bij hun talent of interesses, haken ze vaak af voor het zover is. Een kind dat op wetenschappelijk vlak grote interesses heeft, moet hierin ondersteund worden en de kans krijgen zich hierin te ontwikkelen. Een kind dat extreem taalvaardig is, moet talen kunnen leren. Een kind dat op zeer jonge leeftijd al talent heeft qua computervaardigheden, moet de mogelijkheid geboden krijgen deze vaardigheden uit te bouwen.

Tips voor de leerkracht:

  • Het ene asynchrone kind is het andere niet. Hoe hoger begaafd het kind is, hoe meer asynchroon het kan zijn. Het is echt niet ‘abnormaal’ dat een 7-jarig uitzonderlijk hoogbegaafd kind leest op het niveau 6de leerjaar, wiskundige taken uitvoert op niveau 4de middelbaar, een fijne motoriek heeft van niveau 1ste leerjaar en op sociaal vlak lijkt te functioneren op een niveau ver onder dat van leeftijdsgenoten. Kijk dus naar de verschillende ‘leeftijden’ van de UHB leerling in jouw klas en stem de aanpak af op zijn verschillende noden.
     
  • Hou er ook rekening mee dat je UHB leerling tegen topsnelheid kan veranderen. Kijk naar hoe je leerling zich binnen z’n talent ontwikkelt en je zal versteld staan hoe snel hij leert en kennis of vaardigheden opbouwt.
     
  • Zoek naar manieren om dit kind te ondersteunen in z’n talenten. Via het compacten van vakken die hij makkelijk onder de knie krijgt, kan er tijd vrijgemaakt worden om specifiek in te gaan op de zaken die hij écht wil leren. Een UHB kind heeft het nodig om binnen z’n talent te leren en te ontwikkelen, anders haakt het misschien af op alle andere vlakken.

Mogelijkheid tot gemeenschappelijk onderwijs met andere UHB kinderen

Een UHB kind, zelfs wanneer het niet officieel gediagnosticeerd is, voelt haarfijn aan dat het ‘anders’ is. Wanneer het hierin niet juist begeleid wordt, zal het dit ‘anders zijn’ voornamelijk op een negatieve manier ervaren. Dit kan negatieve gevolgen hebben voor z’n zelfbeeld en z’n zelfvertrouwen. Voor een optimale ontwikkeling van hun zelfbeeld, moeten UHB kinderen in contact kunnen komen met andere UHB kinderen. 

Dit is geen makkelijke opdracht. Vermits uitzonderlijk hoogbegaafden maar 0.1% van de bevolking uitmaken, is de kans klein dat er op een lagere school meer dan 1 UHB kind rondloopt (tenzij het om zusjes of broertjes gaat).

Langzaam maar zeker komen er wel mogelijkheden tot buitenschoolse contacten tussen UHB kinderen, zoals tijdens UHB dagtrajecten. Zo’n dag in de week (te wettigen via code P) is voor een UHB kind een goeie manier om te ontdekken dat het “niet alleen” is op de wereld en helpt om z’n zelfbeeld te verbeteren. 

Tip voor de leerkracht:

  • Ga samen met ouders op zoek naar mogelijkheden om bv. buitenschools UHB kinderen te ontmoeten. Niet alle ouders zijn hiervan op de hoogte en vinden de zoektocht vaak moeilijk en eenzaam. Een steuntje in de rug door de leerkracht werkt positief.

Aandacht voor zorg en begeleiding op niveau

Zeker in een lagere school moet er aandacht en zorg gaan naar uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen en hun noden. Deze kinderen zijn zo wezenlijk anders dan leeftijdsgenoten, dat ze extra begeleiding nodig hebben om optimaal te ontwikkelen.

Hoewel op vele scholen het zorgbeleid vooral afgestemd is op kinderen met leerproblemen, zien we toch de positieve tendens om ook extra zorg te voorzien voor hoogbegaafde kinderen. Dit is geen overbodige luxe. Zeker niet voor kinderen die worstelen met hun anders zijn en tegen problemen aanlopen als eenzaamheid, een negatief zelfbeeld, onderpresteren, angsten of psychische problemen als gevolg van een tekort aan onderwijs op maat. 

Flexibiliteit in het zoeken naar gepaste oplossingen

We kunnen niet genoeg benadrukken hoe belangrijk flexibiliteit van scholen en leerkrachten is wanneer we over uitzonderlijk hoogbegaafde kinderen spreken. 

Een UHB kind in je klas hebben, is niet vanzelfsprekend. De kans dat dit je eerste of misschien wel enige UHB leerling ooit is, is heel reëel. Voor deze kinderen zijn er ook geen kant-en-klare oplossingen. Een UHB kind is zo ‘uitzonderlijk’ dat het een oplossing op maat nodig heeft.

Tips voor de leerkracht:

  • Ga als leerkracht – maar ook als school – zo flexibel mogelijk om met dit gegeven. Maak uitzonderingen voor dit kind. Probeer het niet in een standaard mal te steken: het past daar niet.
     
  • Laat je verwachtingen van wat een kind ‘mag’ en ‘moet’ kunnen of kennen zo veel mogelijk los. Vermits UHB kinderen zich asynchroon en dus écht helemaal anders ontwikkelen dan leeftijdsgenootjes, zal een UHB nooit voldoen aan standaard verwachtingen. Kijk naar het kind individueel en zie z’n talenten, z’n groeimogelijkheden, …
     
  • Zoek steeds naar nieuwe oplossingen. Een bepaalde aanpak kan bij een kind voor korte of langere periode goed werken. Omdat het kind zo asynchroon ontwikkelt, kunnen ook nieuwe noden naar boven komen die oorspronkelijk niet te zien waren. Sta dus regelmatig stil om te zien of oplossingen nog wel effect hebben en wees bereid aanpassingen te doen.
     
  • Lees je in over het toepassen van een “code P” voor dit UHB kind. Vanuit de overheid wordt er geen limiet opgelegd voor deze code en wordt ze toegestaan als een mogelijkheid voor passender onderwijs voor deze uitzonderlijk begaafde kinderen.

Conclusie

De noden van UHB kinderen op vlak van onderwijs, vereisen kennis en flexibiliteit. Toch zijn er een aantal zaken die op school al kunnen toegepast worden ten behoeve van deze kinderen.

Lees in “Aanpak van UHB kinderen” hoe u als school of leerkracht kan investeren in de cognitieve behoeftes van deze kinderen.